Na de Korea oorlog en de dood van Stalin waren de conflicten in de koude oorlog nog niet voorbij. De oosterse en westerse machten hadden elkaar in Korea uitgetest en daarmee ervaring opgedaan. De democratische wereld raakte geschokt over de wijze waarop de communistische troepen de opstand van 1956 in Boedapest neersloegen.
De communisten traden meedogenloos op tegen mensen die zich tegen de regering verzetten. Nogmaals werd het westen doordrongen van het dictatoriale beleid van de Sovjet-Unie. Ook de spionage van beide kanten ging door. De Sovjet-Unie lanceerde in 1957 een spionagesatelliet welke de eerste raket was die buiten de aardatmosfeer of dampkring kwam.
Amerika kon nu nog beter door de Sovjet-Unie in de gaten gehouden worden en een reactie van de Amerikaanse kant kon natuurlijk niet lang uit blijven. Eind jaren 50 en in de 60er jaren waren zowel de Sovjet-Unie als Amerika bezig met elkaar de loef af te steken met projecten in de ruimte.
Verschillende raketten werden in de lucht gelaten. Af en toe een reisje voor een astronaut hoorde bij deze ruimtewedstrijd. Dit leek allemaal leuk en spannend maar ondertussen speelden er veel belangrijker en veel gevaarlijker zaken.
Bouw van de Berlijnse muur
Allereerst werd door de Sovjet-Unie besloten om het verschil tussen oost en west Berlijn te verduidelijken doormiddel van een grote muur. Deze Berlijnse muur werd door de communisten op 13 augustus in 1961 gebouwd en zou uiteindelijk 45 kilometer lang worden.
De muur werd zwaar bewaakt en van mijnen, prikkeldraad en wachtposten voorzien. De muur moest de communisten beschermen tegen de kapitalistische en fascistische westerse invloeden. Voor de bouw van de muur werden vele huizen en andere gebouwen met de grond gelijk gemaakt.
Een toenadering van de Sovjet-Unie tot het westen leek nu wel heel ver weg. Het communisme kwam inmiddels juist heel dicht bij Amerika. Alleen op niet op een vriendschappelijke wijze. Het Cuba conflict begon zich af te tekenen.